Een tuin kan niet zonder verticale accenten. Klimplanten zijn daarvoor de ideale versierders. Klimplanten kunnen tegen een gevel groeien of een klimzuil of pergola overgroeien. Klimmers laten zich ook gebruiken om een lelijk schuurtje te camoufleren. Omdat ze zo weinig ruimte innemen op de grond, zijn klimplanten perfect voor kleine tuinen.

Wat zijn klimplanten precies?

Een wat nauwkeuriger aanduiding is klim-, lei- en slingerplanten. Het gaat om de groep planten die tegen muren, schuttingen en palen groeit of over pergola’s, priëlen, (rozen)bogen, schuurtjes en in bomen en struiken klimt. De meeste klimplanten zijn van oorsprong bosplanten die zich langs alles wat maar steun geeft, naar het licht omhoog werken. In de tuin worden daar meestal speciale steunconstructies voor gemaakt.

Eigenschappen

De meeste klimplanten behoren tot de heesters. Ze zijn dus overjarig en verhout. Klimplanten gaan jarenlang mee en zijn daarom goed bruikbaar voor het versieren van gevels, tuinmuren en speciale bouwelementen zoals een pergola. Met de sterke groeiers kunnen lelijke bouwsels worden gecamoufleerd. De meeste klimmers zijn bladverliezend en hebben dus vooral in de zomer sierwaarde. Slechts een enkele klimplant is groenblijvend(klimop) en het gehele jaar door aantrekkelijk.

Van april tot maart

Bij een zorgvuldige keus is het evenwel mogelijk om het grootste deel van het jaar een klimmer in bloei te hebben. Het seizoen begint in april met Clematis alpina en Clematis macropetala en eindigt met winterjasmijn (Jasminum nudiflorum) die vanaf eind november tot in maart bloeit. Alleen bij vorst stopt de bloei van deze klimplant tijdelijk.